10 veelgestelde vragen 

1.Wat vind je leuk aan schrijven?
Ik ben in mijn verhalen de baas in mijn zelfverzonnen werelden. Dat vind ik fantastisch! Ik schrijf graag boeken voor kinderen, omdat ik daarin veel fantasie kwijt kan. In mijn verhalen kom je meestal terecht op plaatsen of in werelden waar je nog niet eerder was. Of je ontmoet er personages die je in het dagelijks leven niet snel tegen zult komen.

2. Wat is je lievelingsboek van je zelfgeschreven boeken?
Het lievelingsboek van een schrijver is bijna altijd het laatste boek. Bij mij is dat ook zo. Mijn laatste boek heet De moord op Queen_T. Het gaat over Stijn en Lucas, twee broers. Lucas is een bijzondere jongen, hij is heel gevoelig en heeft autisme. Op een dag vindt Stijn zijn broer op de plek waar hij vaak zit, achter het elektriciteitshuisje bij het zwembad, maar deze keer ligt naast hem op de grond een dood meisje. Stijn doet het domste wat hij kan doen, hij haalt zijn broer weg van die plek en verstopt Lucas' spullen. Maar had Lucas echt niets met de dood van het meisje te maken? Belemmerde Stijn het politieonderzoek waarbij zijn broer de hoofdverdachte zou moeten zijn?

3. Waarom heb je Cyberboy geschreven?
Ik las steeds meer over robotisering. Mensen worden vervangen door robots, bijvoorbeeld in fabrieken. Ook het menselijk lichaam wordt steeds meer gezien als een machine: als het kapot gaat, repareer je het gewoon. Maar volgens mij zijn juist de dingen die ons menselijk maken niet te vervangen door robots of technische onderdelen. Vriendschap, sociaal contact, gevoelens. Ik dacht, wat zou er gebeuren als je een vriend vervangt door een robot. Dat heb ik uitgeprobeerd in een verhaal. Dat is Cyberboy geworden.

4. Wat voor boeken schrijf je ? fictie non-fictie of allebei?
Ik schrijf alleen verzonnen verhalen. Fictie dus.

5. Heb je weleens prijzen gewonnen met je werk?
Nee, maar ik werd wel vaak genomineerd. Syntopia stond op de tiplijst voor de Jonge Jury in 2018, Cyberboy op de tiplijst voor de Jonge Jury in 2017, Cyberboy werd in 2017 als kerntitel voor de leesbevorderingscampagne NL Leest junior verspreid op scholen met een oplage van 65000 stuks. (dat vind ik wel een prijs!). Gonzend gevaar stond op de tiplijst van de Nederlandse Kinderjury in 2013, Dwaalspoor in de diepte werd genomineerd voor de Hotze de Roosprijs in 2010, Het geluidenboek waarvoor ik een kort verhaal schreef, won in 2000 de Kunstanjer, de Prins Bernard Cultuurprijs Nieuwe Media.

Voor mijn leesbevorderingswerk won de bibliotheek de VOB Innovatieprijs t.w.v. € 20000,- voor het kinderparticipatie-project De brede school bibliotheek. Ik was de coördinator van dat project. (Maar ik mocht het geld niet meenemen, helaas. 😊) O ja, en in 1999 werd ik genomineerd voor de Charlotte Köhler prijs van het Prins Bernard cultuurfonds voor mijn theaterwerk als decorontwerper.

6. Heb je nog een andere baan naast boeken schrijven?
Ja, ik werk 20 uur per week bij de openbare bibliotheek in Hoorn. Niet achter de balie om boeken uit te lenen, maar achter de schermen. Ik werk samen met scholen. We maken schoolbibliotheken waar kinderen de baas zijn. Ik leer kinderen van groep 8 dan, hoe ze de schoolbibliotheek kunnen runnen. Dat is heel leuk werk. Ook maak ik lespakketten voor bijvoorbeeld de Kinderboekenweek, waarmee scholen kunnen werken. Dan geef ik leerkrachten dus ideeën om jeugdliteratuur te gebruiken in de les. Ik kom heel veel in contact met kinderen en leerkrachten door dit werk.

7. Wanneer kom je meestal op goede ideeën voor een boek?
Ik kom vaak op ideeën door dingen die ik in de krant zie, of in documentaires, of op televisie. Soms gebruik ik ook herinneringen aan mijn eigen kindertijd. Een angst bijvoorbeeld, zoals in Gonzend gevaar, waar Youri panisch wordt van het gezoem van een mug in zijn kamer. Ikzelf vond het altijd heel naar als ik in bed lag en ik hoorde dat gezoem. Dat gevoel heb ik gebruikt voor mijn verhaal. Ik heb er op door gefantaseerd.

8. Ik wil ook graag een boek schrijven. Heb je schrijftips voor me?
Wat leuk dat je ook wil schrijven. Ik denk dat je voor alles wat je goed wil kunnen veel moet oefenen. Dat geldt voor voetballen, maar ook voor schrijven. Lees ook mijn andere schrijftips.

9. Welk cijfer geef je je boek in vergelijking met andere boeken?
Haha, wat moet ik daar nu op antwoorden? Ik vind dat ik heel leuke boeken schrijf, anders zou ik ze ook niet naar een uitgeverij durven sturen. Ik schrijf de boeken die ikzelf zou hebben willen lezen tussen mijn 10een 16e. Ik wil het liefst pageturners schrijven; boeken die vanaf het eerste moment de aandacht vasthouden en die je pas wil loslaten als ze uit zijn. Het is aan mijn lezers om te beoordelen of dat ook gelukt is. Dus zeg jij het maar…

10.Wat was je lievelingsboek toen je zelf een kind was?
Pinokkio, maar dan wel die met de plaatjes van de Italiaanse tekenaar Jacovitti. Toen ik klein was vond ik dat al het mooiste boek en eigenlijk vind ik dat boek nog steeds prachtig.

Tegenwoordig lees ik nog steeds graag kinderboeken. Van Roald Dahl. Oude boeken van Tonke Dragt en Paul Biegel en Astrid Lindgren blijven mooi om te lezen.
En er zijn ook veel mooie 12+ boeken die ik graag lees, zoals bijvoorbeeld Zwarte zwaan van Gideon Samson of Honderd uur nacht van Anna Woltz of Trash van Andy Mulligan.
En verder ben ik dol op de verhalen van Ira Levin, een Amerikaanse schrijver. Hij schreef heel spannende verhalen voor volwassenen.